Waarom klimaataanpassing?

Het klimaat verandert. Het weer van de toekomst is natter, heter en droger én extremer. Soms valt er heel veel regen in één keer en daarna kan het weken achter elkaar droog zijn. Ook worden de zomers steeds warmer, met hittegolven die heter zijn en langer duren. Onze omgeving is hier nog niet op ingericht. Daardoor kunnen we te maken krijgen met wateroverlast, nadelige gevolgen van warmte en verdroging van grond, planten en bomen.

Hoe Enschede hiermee omgaat lees je in het Water- en Klimaatadaptatieplan.

Zien hoe en waar Enschede is aangepast aan het klimaat van de toekomst? Fiets dan eens de GroenBlauwe fietsroute, Natuur in de stad-audiotour of Inspiratieroute biodiversiteit.

Klimaat

De gemiddelde temperatuur op aarde stijgt en ons klimaat verandert. In een warmere wereld is het weer extremer.

In de zomer wordt het heet en droog. Hittegolven zullen vaker voorkomen en langer duren. Deze hete dagen, waarop het de stad ’s nachts niet lukt om af te koelen, zorgen ervoor dat kwetsbare personen last van hittestress kunnen krijgen. Droogte leidt tot uitdroging van de grond en daardoor het afsterven van bloemen, planten en bomen. Ook leidt het tot lage grondwaterstanden en misschien tot een tekort aan drinkwater.

Daarnaast komen in de toekomst zeer zware regenbuien vaker voor. De kans op overlast door water neemt toe, omdat al dat water tegelijk niet snel genoeg kan worden opgevangen en afgevoerd door riolen en beken. Dan komt het water op straat te staan.

Aanpassing hard nodig

De geografische kenmerken van Enschede zorgen ervoor dat de gemeente kwetsbaar is voor overlast van water, hitte en droogte. Enschede ligt op de Twentse stuwwal, waardoor onze stad hoogteverschillen van wel 40 meter kent. Als het hard regent, kan er in de lager gelegen delen wateroverlast ontstaan. Ook is Enschede een echte bronstad: op talloze plekken komt water uit de grond naar boven. Vroeger voerden beken dit water samen met het regenwater de stad uit. Tegenwoordig zijn veel van deze beken verdwenen. Tot slot staat in delen van Enschede het grondwater erg hoog. Dit komt door de kleilagen in de bodem die geen water doorlaten. Deze situatie in combinatie met het veranderende klimaat maakt het nodig de stad aan te passen.

Enschede ‘groener’ en ‘blauwer’

We maken Enschede nog ‘groener’ en ‘blauwer’. We vervangen verharding voor bloemen, planten en bomen en maken plaatsen waar regenwater tijdelijk opgevangen kan worden. Zo maken we gebruik van de verkoelende eigenschappen en schaduwwerking van groen. En sluiten we aan op de natuurlijke kringloop van het water. We benutten daarbij de sponswerking van de bodem: regenwater moet zoveel mogelijk daar waar het valt de grond in zakken. Dit alles gebeurt op een natuurvriendelijk manier, zodat we steeds meer verschillende soorten planten en dieren krijgen.

Meer informatie hierover staat in het Water- en Klimaatadaptatieplan.

Bekijk op de fiets hoe Enschede zich aanpast

Er zijn 2 fietsroutes langs klimaatadaptieve plekken in Enschede. De GroenBlauwe fietsroute leidt je langs mooie, interessante, bekende en onbekende plekken in Enschede en vlak daarbuiten. Tijdens het fietsen zie je wat Enschede doet om wateroverlast tegen te gaan en de stad groener te maken. Bij elke bijzondere plek is er uitleg in een korte tekst en soms ook in een audiofragment. De fietstocht is gemaakt de Gemeente Enschede in samenwerking met 1Twente.

De ‘Natuur in de stad’-fiets/audiotour voert je langs de groene parels van de stad, aangelegd door de gemeente of door bewoners zelf. Je fietst langs de prachtige parken, geveltuintjes, bloemenlinten, wijkmoestuinen en tiny forests. Op elke plek hoor je een fragment met meer uitleg.

Regen­bestendig

Regen

De grootste delen van de stad hebben een hard en steenachtig oppervlak: stoepen, straten, gebouwen en parkeerplaatsen. Deze laten geen regenwater door. Bijna overal wordt het regenwater dan ook door middel van het riool afgevoerd naar de zuivering. Als het hard regent, kan het riool de hoeveelheid regenwater niet aan en staat de straat blank. Een ander gevolg is dat de zuivering de hoeveelheden water niet aankan en het regenwater samen met het rioolwater loost op het oppervlaktewater wat hierdoor vervuild raakt.

Droogte

Door de klimaatverandering regent het soms heel veel in korte tijd maar zijn er daarna ook weer langere periodes met heel weinig regen. De grond droogt dan uit en de grondwaterspiegel daalt. In de oude binnensteden met houten paalfundering heeft dit paalrot tot gevolg. Bovendien kan een lage grondwaterstand in kustgebieden verzilting tot gevolg hebben. Droogte kan een negatieve invloed hebben op de biodiversiteit. Het is dan ook zaak om zoveel mogelijk regenwater in de stad vast te houden voor de droge periodes.

Drinkwater

Drinkwaterbesparing is zinvol aangezien goede drinkwaterbronnen in het dichtbevolkte Nederland beperkt zijn. Een deel van het drinkwater wordt in Nederland onttrokken aan natuurgebieden, wat kan leiden tot verdroging van deze natuurgebieden. Een ander deel van het drinkwater wordt bereid uit oppervlaktewater. In de toekomst krijgen we door de klimaatverandering vaker te maken met droge perioden. In deze perioden kunnen rivierwaterstanden flink dalen, wat voor problemen zorgt bij het winnen van drinkwater en er drinkwaterschaarste kan ontstaan.

Je kan drinkwater besparen door het gebruik van waterbesparende kranen, douchekoppen, wc, wasmachines en afwasmachines. Daarnaast kunnen we voor de wc, de wasmachine en de tuin gebruik maken van regenwater.

 

Bodem

Bij het watervriendelijk inrichten van een tuin is het belangrijk om rekening te houden met de ondergrond. De eigenschappen van verschillende grondsoorten kunnen ervoor zorgen dat bepaalde maatregelen niet verstandig zijn. Zo laat droge zandgrond makkelijk water door en is deze uitermate geschikt om het water direct te infiltreren. De dichte natte kleigrond kan geen vocht opnemen. Daardoor is kleigrond eigenlijk alleen geschikt voor bovengrondse afvoer en buffering van regenwater in de bovenste humuslaag en in bijvoorbeeld een tuinvijver.

Informeer bij je gemeente of je waterschap als je wilt weten welke grondsoort jij hebt.

Infiltreren van regenwater

Infiltreren is het laten wegzakken van water in de bodem. In het bebouwde gebied wordt de natuurlijke infiltratie belemmerd door het grote percentage verharding in de vorm van stoepen, straten, gebouwen en parkeerplaatsen. Deze oppervlakken laten geen regenwater door. Bijna overal wordt het regenwater door middel van het riool afgevoerd naar de zuivering. Hierdoor wordt de grond droger en ontstaat er paalrot en in kustgebieden verzilting. Door het percentage verharding in de stad te verlagen, kan er meer water in de stad infiltreren, wat goed is voor de waterbalans.

Bufferen van regenwater

Als het hard regent, wat in de toekomst steeds vaker zal gebeuren, kan het riool de hoeveelheid regenwater niet verwerken. Hierdoor kunnen straten en kelders blank komen te staan en er wordt geen buffer gevormd voor droge periodes.

Door het regenwater vast te houden kunnen deze problemen voorkomen worden.  Het vasthouden van regenwater gaat vanzelf in de beplante delen van de tuin. Daarnaast kunnen specifieke buffervoorzieningen toegepast worden. Het opgeslagen water kan vervolgens bijvoorbeeld gebruikt worden voor het besproeien van de tuin of het doorspoelen van de wc.

Minder hitte

Door de klimaatverandering wordt het vaker warm en heet in Nederland en iets minder vaak koud.

In een natuurlijke omgeving met begroeide oppervlakken en bomen zorgen bomen voor schaduw en een lagere oppervlaktetemperatuur en luchttemperatuur. Onverhard en beplant oppervlak verdampt water. Dit is de beste koeling voor de stad. Groene daken houden de ruimtes eronder en de omgeving koel. Daarnaast helpen ook lichte kleuren van daken, gevels en straten mee de stad koel te houden. Lichte kleuren reflecteren meer zonnestraling en warmen daardoor minder op. Toepassen van buitenzonwering houdt de huizen koel. Dit kost allemaal geen energie en is beter dan het gebruik van airco’s.

Meer bio­diversiteit

Een bloeiende stad is een duurzame stad. Om in de toekomst een goed leefklimaat te hebben is ook de aanwezigheid van voldoende en verschillende planten en dieren van belang.

Biodiversiteit is leven

Stel je eens voor dat er alleen maar muggen op aarde zouden zijn. Of alleen maar cactussen. Hoe zou de wereld er dan uitzien? Dat werkt toch niet? De verschillende soorten op aarde houden de natuur in balans. Samen vormen ze een levende en productieve natuur. Dit noemen we biodiversiteit.

Biodiversiteit

“Bio” betekent leven “diversiteit” betekent afwisseling, verschil, verscheidenheid. Biodiversiteit is een parapluterm voor alle verschillende soorten die we op aarde hebben. Het is belangrijk dat we –bijvoorbeeld- niet alleen maar meeuwen hebben, maar ook mussen, niet alleen maar gras, maar ook bomen. Variatie is belangrijk voor het evenwicht in de natuur, omdat er verschillende soorten zijn blijft de natuur in evenwicht.

Soorten

Biodiversiteit omvat alle soorten organismen die er op aarde zijn, waaronder alle dier- en plantensoorten. Op dit moment zijn bijna twee miljoen soorten bekend, waarvan zo’n 40.000 soorten in Nederland zijn aangetroffen. Waarschijnlijk zijn er in werkelijkheid vele miljoenen soorten op aarde. Een groot deel van de biodiversiteit is dus nog onbekend. Ook in Nederland worden nog voortdurend nieuwe soorten ontdekt.

Ecosystemen

Naast de verscheidenheid aan soorten omvat biodiversiteit ook de diverse ecosystemen (of: leefgebieden) waar die soorten voorkomen. Bijvoorbeeld de tropische regenwouden, de koraalriffen, de savannen of de hoogvenen, heide, veenweidegebieden etc.

Genen

Tot slot omvat biodiversiteit ook de genetische variatie binnen soorten. Bijvoorbeeld de varianten binnen een boomsoort als de wilde appel of de verschillende ondersoorten van een diersoort, als de grote vuurvlinder. Daarnaast is er nog de verscheidenheid aan levensvormen die de mens heeft gedomesticeerd. Het gaat dan om dieren die tot huisdier en gewassen die tot landbouwgewassen zijn gemaakt.

Het belang van biodiversiteit

Het ecosysteem voorziet ons van voedsel, brandhout, medicijnen en drinkwater maar zorgt ook voor het zuiveren van lucht en water, het bestuiven van gewassen, het vasthouden van grond, het opslaan van koolstof en het reguleren van temperatuur. Gewassen zorgen voor grondstoffen zoals hout, katoen, vlas etc. Ecosystemen zijn belangrijk voor recreatie en geven identiteit aan een plek en een ‘thuisgevoel’ of juist prettige prikkels zoals wanneer men een natuurgebied bezoekt. Een grote diversiteit aan soorten zorgd ook voor het beperken van plagen.

 

Hoe staat het met de Nederlandse biodiversiteit

Biodiversiteit is de mate van verscheidenheid aan levensvormen in een ecosysteem. De biodiversiteit op aarde heeft zich ontwikkeld in miljoenen jaren. De menselijk ingrepen hebben een dramatische invloed op het ecologisch erfgoed. In de afgelopen 200 jaar zijn meer soorten uitgestorven dan in de 65 miljoen jaar daarvoor. Dit proces bedreigt het vermogen van ons ecosysteem om ons te voorzien van zuurstof, water en grond van goede kwaliteit.

In Nederland is de biodiversiteit afgenomen tot circa 15% van de oorspronkelijke situatie. Het verlies aan biodiversiteit is daarmee aanzienlijk groter dan elders in Europa en de wereld. In Europa als geheel resteert nog bijna de helft van de oorspronkelijke biodiversiteit. Op wereldschaal is ruim 70% behouden gebleven.

In Nederland daalde de biodiversiteit van ongeveer 40% in 1900 tot ongeveer 15% in 2000. De belangrijkste oorzaken van de achteruitgang zijn de verstedelijking, intensivering van de landbouw en milieuvervuiling.

In Nederland is het verlies veel soorten tot stilstand gekomen. In Nederland gaat vooral de biodiversiteit van heiden, halfnatuurlijke graslanden en agrarisch gebied nog steeds verder achteruit. Bossen en duinen stabiliseren en gaan lokaal zelfs vooruit.

Biodiversiteit in de stad

Wat maakt de stad zo aantrekkelijk en is er inderdaad meer leven in de stad?

In tegenstelling tot de ontwikkeling op het platteland zoals hierboven beschreven, is er meer natuur en biodiversiteit in de stad dan de meesten zullen verwachten. Natuur in de stad is geen tweederangs natuur vergeleken met de natuur van ons agrarisch gebied. Integendeel, stadsnatuur is diverser dan het cultuurlandschap en vooral ook dichterbij. Dit is een verrassend idee voor mensen die denken dat natuur alleen buiten de stad waardevol is en aldaar een grotere mate aan biodiversiteit vertoont. Inmiddels leeft meer dan de helft van de mensen in de stad; dezelfde tendens lijkt te gelden voor flora en fauna.

Tegenwoordig treft men vossen, bevers en everzwijnen aan in stadsparken en in woongebieden. Het blijkt dat de structuur van de stad, afwisseling van hoog- en laag groen en rotsformaties in de vorm van gebouwen een diversiteit aan microklimaten bewerkstelligen die een evenredige diversiteit aan flora en fauna mogelijk maakt. Daarnaast is de voedselarmere bodem in de stad voor flora vergeleken met die van het agrarisch gebruikte gebied gunstiger. Minder verstoringen en minder hardrijdende auto’s en de aanwezige voedselresten zijn reden dat de stad zich tot een aantrekkelijk leefgebied voor fauna ontwikkeld heeft. De hogere temperaturen en meer beschutte plekken zijn eveneens reden voor meer flora en fauna in de stad.

Iedere vierkante meter telt. Met een groene tuin, een groen dak een groene gevel, groene erfafscheiding en een vijver in de tuin kan je de natuur in de stad een handje helpen.

Beperken grondwater­overlast

In sommige gebieden in en rond Enschede is er sprake van kwel.
Kwel is water dat onder druk uit de grond komt. Deze kwel wordt veroorzaakt doordat de bewegende grondwaterstroom op een ondoordringbare laag botst, onder de grond verder gaat en in een lager gelegen gebied tot aan de oppervlakte wordt gestuwd. Plaatsen waar voortdurend grondwater uittreedt, worden kwelgebieden genoemd. De aanwezigheid van kwelwater is voor de natuur van groot belang. Kwelwater is vaak voedselarm en mineraalrijk.

In de gebieden met kwel kunnen in de periode november tot maart en in de zomer na hevige buien plassen ontstaan.

Hoge grondwaterstand

Over het algemeen heeft Enschede een vrij hoge grondwaterstand dit kan in sommige gebieden tot overlast leiden. Dit is niet altijd op te lossen in de openbare ruimte maar als huiseigenaar kan je ook maatregelen treffen om de kans op schade te beperken of te voorkomen.

Vochtoverlast?

Kwel en hoge grondwaterstanden kunnen tot vochtoverlast in kelders en kruipruimtes leiden. Vochtoverlast in huis is een vervelend probleem. Wanneer er teveel vocht in uw woning is, kunnen er verschillende klachten ontstaan zoals stank, schimmel- en vochtplekken op de muren, corrosie van metalen leidingen en aantasting van de (houten) vloer.

Vocht en schimmels kunnen astma en andere luchtwegklachten verergeren. Te veel vocht in huis vermindert het woonplezier en is slecht voor de gezondheid. Het is raadzaam om er wat aan te doen.

Heb je vochtoverlast in huis? Kijk dan bij de maatregelen op deze website wat je eraan kan doen.

Bekijk wat jij kunt doen

Maatregel

Zorg voor een gezonde bodem

Een gezonde bodem helpt mee om wateroverlast op straat bij heftige regenbuien te voorkomen.

Lees meer

Maatregel

Plaats een regenton of regenschutting

De regenton is de meest eenvoudige manier om regenwater te benutten.

Lees meer
Alle maatregelen